Ik zit in een boeiende fase.

Graag neem ik je mee in mijn verhaal, misschien herken je het wel bij jezelf en kan het je inspireren.

Ik neem je hiervoor even terug mee naar eind augustus. Toen vond mijn Bohemian Slow Summer festival plaats waar ik de hele zomer naar had toegeleefd. Het was een prachtige dag in een nog prachtigere setting en ik heb met een leuke groep mensen echt genoten van deze creatieve dag in de natuur.

Een week later zat ik op mijn favoriete werkplek en nam ik de tijd om de zomer te evalueren en mijn planning uit te werken voor het najaar. Zo zou ik eind oktober met een tweede ronde van het Slow Your Home traject starten. Hierbij begeleid ik mensen stap voor stap met het ontspullen van hun huis. Want ik weet uit ervaring: dit is de eerste stap naar een lichter en rustiger leven. Op nog geen uur tijd had ik mijn agenda voor het najaar gevuld met allerlei to do’s zoals instaposts schrijven, nieuwsbrieven, webinars geven en het finetunen en begeleiden van de cursus zelf.

Maar, de dagen na het opmaken van mijn planning merkte ik heel duidelijk dat ik er niet bepaald vrolijk van werd. Zeker wel van het idee om weldra weer een groep te mogen begeleiden, maar niet van het feit dat mijn agenda voor het najaar al weer goed volstond.

Het lukt me sinds ik bewuster leef steeds meer om in te gaan op mijn intuïtie. Zo weet ik wanneer ik in mijn buik voel dat ik ergens super enthousiast over ben, dat ik daartegen JA te zeggen heb. Zo besliste ik in het voorjaar op 3 minuten tijd om mee te gaan op Women Wilderness Retreat van the Outdoorschool na het lezen van een instapost. En, inderdaad, dat was fantastisch, mijn intuïtie had zeker gelijk..

Mijn verstand zei: “Yess, we vliegen er weer in!” Maar mijn buikgevoel zei: “Wat als je al die tijd nu eens zou investeren in jezelf?”  Toen ik deze gedachte eens écht toeliet, zag ik mezelf de zolder ontspullen, mijn slaapkamer verven, het huis inrichten met wat meer persoonlijke (zelfgemaakte) eyecatchers, wandelen en joggen in het bos, lezen, gezonde recepten uitproberen en gitaar spelen. Allemaal dingen die ik al héél lang héél graag wilde doen, maar waartoe ik zelden kwam omdat mijn verstand mijn agenda telkens anders liet invullen.

Dus heb ik me afgelopen zes weken goed geamuseerd met mijn verfborstels, mijn gitaar, mijn kookpotten, boeken en wandelschoenen.  Ik heb volop genoten van de ruimtes in mijn agenda die ik spontaan kon invullen met hetgeen ik op dat moment het meest zin in had.

“Het is een steeds terugkerend thema in mijn leven.” bedacht ik na de tweede week wanneer ik met verfborstels in de weer was.  En dan had ik het over me regelmatig overweldigd voelen door de eigen invulling van mijn agenda.

Vreemd, want op andere gebieden lukt me het wel om mijn tijd en energie naar de essentie te laten gaan zoals in mijn huis en in mijn relaties.

Maar op het “werk” wat ik lever, ben ik heel streng voor mezelf.

“Het moet goed zijn.” Nee, wat zeg ik: “het allerbeste”. en terwijl ik dat denk, zeg ik ook nog eens tegen mezelf: “eerst maak je je “werk” af en daarna is er ruimte voor jezelf, voor ontspanning, sport en andere dingen.”

Maar waarom doe ik dat eigenlijk? Ik ben immers mijn eigen baas en kan en mag  mijn aanbod én invulling volledig zelf bepalen.

Door tijd en ruimte vrij te maken voor mezelf kwam deze vraag ook écht binnen.

En ik vond in de stilte boeiende antwoorden, mede door linken te leggen met wat ik eerder had geleerd over persoonlijke ontwikkeling en het menselijke gedrag, want dat boeit me enorm.

De patronen van “perfectionist” (het perfect willen doen), “pusher” (mezelf dingen opleggen om je doelen te behalen) en de “pleaser” (steeds goed willen doen voor de ander) draag ik eigenlijk mijn hele leven lang al met me mee.  Ik herken ze terug in mijn Konexowerk en in mijn werk als kinesist, maar ook in mijn vroegere studententijd en ook als kind deed ik al erg mijn best om steeds het brave, flinke meisje te zijn wat steeds goed wilde doen.

Maar waarom deed ik dat? Ik werd er niet mee geboren, met die patronen, dus ik heb ze ergens gaandeweg ontwikkeld. Maar wanneer dan en waarom?

Om mezelf als klein meisje te beschermen, zo blijkt, tegen iets wat ik op dat moment heel lastig vond om te ervaren zodat ik niet meer in zulke situaties terecht zou komen. Want die patronen die ik mezelf toen heb aangeleerd, voorkomen dat ik die nare gevoelens nog eens opnieuw zou moeten voelen.

“Maar ik heb de leukste jeugd gehad, met de liefste ouders, veel vriendjes en heb helemaal geen erge trauma’s meegemaakt.” dacht ik onmiddellijk wanneer ik deze theorie voor het eerst hoorde.

Het hoeven helemaal geen heftige dingen geweest te zijn, maar het zouden gebeurtenissen zijn van voor je zevende levensjaar waarbij je ineens een intense nare emotie voelde en je onbewust voor jezelf besloten hebt dat je deze emotie niet meer wilt meemaken. Hierdoor ga je dus je gedrag aanpassen om niet meer in zo een situatie te komen.

Ja, en dan kwamen er twee momenten naar voor die ik nog steeds zo levendig voor me zie en dus toch wel een diepe indruk op me gemaakt hadden.

Ik was vijf en zat in de laatste kleuterklas bij zuster Josefa, een strenge maar lieve juf. Elke keer wanneer er iemand jarig was, maakten de anderen dan een tekening voor de jarige die dan mooi samengebundeld als kadootje afgegeven werden.

Wie jarig was weet ik niet meer, maar ik zat aan een tafeltje met enkelen te kleuren en zag hoe een klasgenootje de mooiste tekening aan het maken was van een circusartist die met een eenwieler over een touw reed opgespannen tussen twee tenten. Het was de mooiste tekening die ik ooit gezien had; ze had de randen omlijnd door wat harder te drukken op haar potlood en vervolgens binnenin alles met dezelfde kleur zachtjes ingekleurd. Ik was op dat moment zo jaloers op haar tekening dat ik plots rechtsprong en een scheur in de bovenkant van haar tekening maakte..

De zuster had dit gezien en ik moest voor straf een tijdje alleen gaan spelen aan een andere tafel. Hoe lang precies weet ik niet meer, maar het leek een eeuwigheid. Het was de eerste keer dat ik ergens straf voor kreeg en het voelde vreselijk waarop ik voor mezelf besloot: “dit gebeurt me niet meer!”

Een jaar later zat ik in het eerste leerjaar en zat ik aan mijn bureautje thuis in mijn kamer mijn huiswerk te maken en mijn eerste woordjes te schrijven. Ik had ergens iets geschreven wat niet zo mooi binnen de lijntjes was en ging dat even fixen met zo een blauwe gum waar je stylo mee kon uitgummen. Maar het resultaat was een vieze vlek en ik zat bijna door het blad uit. Hier was het mijn papa die er toen boos over werd en ik verschrok me zo erg want hij was dat anders nooit.

Ik ben er zeker van dat hier mijn “brave meisjes” patroon is ontstaan. Om te te beschermen tegen afwijzing want dat deed me veel te veel pijn. Ik was ook nog eens een goede student en die goede rapporten versterkten dit patroon alleen maar: ik kreeg er veel lof voor en gaandeweg werd dit zoiets van: “ik presteer, dus ik ben”

Nu heeft dat goed mijn best doen op school me uiteindelijk wel een mooi diploma opgeleverd waardoor ik als kinesist al 23 jaren fijne werkjaren mag ervaren. Maar in het middelbaar heb ik hiervoor veel te hard en veel te veel mijn best gedaan en ging ik regelmatig over mijn fysieke grenzen, zeker op het gebied van slaap. Ontspannen en leuke dingen doen, konden en mochten pas wanneer ik klaar was.  En er was thans niemand die me dat oplegde, dat deed ik helemaal zelf. Ik wist niet beter, want was het ondertussen zo gewoon.

Maar dus, die patronen van het goed (perfect) willen doen en mezelf hierdoor op de tweede plaats zetten, zitten er na bijna veertig jaren nog altijd in. Nochtans vind ik het nu bijlange niet meer zo erg wanneer iemand opmerkingen heeft of iets niet weet te appreciëren van mijn werk.  Mijn Konexo-trajecten zijn niet voor iedereen en dat is prima.

Het was ook mijn coach niet ontgaan dat ik steeds veel wil bereiken in mijn beperkte tijd wat dan uiteindelijk meestal resulteerde in een gevoel van overwhelm. Terwijl ik in momenten van flow op workation steeds de beste dingen creëer en ik zelf ook steeds “Slow” wil leven.

Lang verhaal kort: het is tijd om tegen het kleine meisje in mij te zeggen dat ze mag stoppen met het steeds perfect te willen doen en zichzelf te pushen en steeds op de tweede plaats te bengelen:

Speel, leef, geniet, wees jezelf, maak maar scheuren en kleur buiten de lijntjes.

Het mag.

 

Zodus, ik ga dus nog even verder met verven, lezen, ontspullen, koken, wandelen en zelfs niks doen..

Vanaf januari begeleid ik je weer supergraag met het ontspullen van je huis. Interesse om je handen uit de mouwen te steken en in tien weken tijd stap voor stap alle ruis uit je huis te verwijderen? Schrijf je alvast in op de interesselijst van het Slow Your Home traject via deze link.

Liefs An